Mijn ouders Jan Kuiper en Catarina Quant woonden op de Jan Glijnisweg 16. Mijn vader Jan Kuiper was met een Chevrolet vrachtwagen in 1939 zijn vervoersbedrijf aan de Jan Glijnisweg begonnen. Een jaar later was het oorlog en door de chaos was zijn vrachtwagen nog niet geregistreerd. De Duitsers hadden hem echter zien rijden en hij kreeg het bevel de auto in te leveren in Warmenhuizen. Met weinig benzine en zo laat mogelijk toog hij die kant op, zette hem in Tuitjenhorn aan de kant en ging lopend verder. De list lukte, ze hadden genoeg, het barrel dat Warmenhuizen niet haalde mocht hij voorlopig houden. Maar al gauw kregen de Duitsers weer belangstelling voor de auto, die toevallig of niet, weer stuk op het erf stond, onderdelen waren niet te krijgen. Met een overvalwagen en soldaten kwamen ze hem ophalen. De commandant begon Jan uit te schelden voor zwijn en leugenaar. Jan redde de situatie door zelf in te stappen met: ‘ Dan zal ik het je baas wel uitleggen’, maar dat was niet de bedoeling. Hij werd uit de overvalwagen getrapt en ze reden snel weg. Daarna leek het Jan veiliger de vrachtwagen uit het zicht te houden. Achterin het land van Dirk van Stralen hadden de Duitsers een bunkertje gebouwd met luchtdoelgeschut om de spoorlijn te beschermen tegen Engelse bommenwerpers. De manschappen kwamen enkele keren per week met een waterton op een kar, bij ons leidingwater aftappen. Ik was een jaar of vier en heb daar nog vage herinneringen aan, de rest heb ik uit verhalen van mijn ouders en de buren. Ik vond ze, denk ik, wel aardig; die kerels in hun aparte kleren met een raar taaltje. We speelden ook wel verstoppertje en soms mocht ik een stukje meerijden op de kar. Op een keer had ik me verstopt in het aangebouwde schuurtje achter de opgehangen dekzeilen. Toen ze mij ontdekten was er paniek, ik zat op de treeplank van de Chevrolet vrachtwagen die daar, onklaar gemaakt door mijn vader, verstopt was om aan vordering te ontkomen. Mijn moeder werd te verstaan gegeven dat de vrachtwagen daar weg moest, als de echte moffen hem vinden zetten ze je man tegen de muur. ‘s Nachts kwamen ze met het paard van Dirk van Stralen om de, met stro om de velgen gebonden, Chevrolet naar zijn boerderij te slepen. Daar heeft hij onder de hoede van Dirk en het luchtafweergeschut de oorlog overleefd. Tot 1954 heeft de Chevrolet groenten vervoerd van de tuinders naar de Broekerveiling.